Kunt u deze nieuwsbrief niet goed lezen? Bekijk dan de online versie
NAL / 6 oktober 2020
Nieuwsbrief Nationale Agenda Laadinfrastructuur
Nederland schakelt over op elektrisch vervoer. Om overal makkelijk en slim te laden hebben we een goede laadinfrastructuur nodig. De Nationale Agenda Laadinfrastructuur (NAL) draagt daaraan bij met afspraken, acties en regionale ondersteuning. In deze nieuwsbrief vindt u de laatste updates: er is weer het nodige te melden over de voortgang die de NAL-partijen hebben geboekt. Meld u aan voor de nieuwsbrief om ook in de toekomst op de hoogte te blijven.
Meld u aan
 
Leren van slimme laadpleinen
 
In 2030 moeten alle nieuw verkochte auto’s emissieloos zijn. Dit gaat gepaard met een behoefte aan veel extra oplaadpunten. Een van de manieren om de laadinfrastructuur snel en efficiënt op te schalen is door laadpleinen aan te leggen. Via één netaansluiting kun je tientallen laadpunten realiseren. Met de Proeftuin Slimme Laadpleinen richten 19 gemeenten de komende jaren 46 laadpleinen in. Niet alleen om de laadcapaciteit te vergroten, maar ook om ervaring op te doen met slimme laadconcepten.
 
Lees meer
 
Onderzoeksrapport: bereid je voor op de elektrisch rijdende huurder
In 2030 rijdt naar schatting 15% van de huurders elektrisch. Woningcorporaties kunnen daar beter vandaag dan morgen beleid op maken. Dat is de conclusie van een onderzoek van 23 woningcorporaties en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). In het publiek beschikbare rapport staan de aandachtspunten en aanbevelingen op een rij.
 
 
 
 
 
Lees meer
 
Aantal (semi)publieke laadpunten passeert 60.000
Het aantal (semi)publieke laadpunten heeft eind augustus de 61.000 bereikt. Dat zijn er 10.000
meer dan eind 2019. Onder al deze laadpunten
zijn er 1.463 snellaadpunten, verdeeld over 356 locaties. Dit blijkt uit de maandelijkse monitoring
van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De tussenstand per provincie en gemeente
is te vinden op de website van de NAL.
 
> Lees meer
 
Werkgroepen vertalen landelijke
thema’s in concrete acties
De realisatie van het benodigde aantal laadpunten
kent uiteenlopende uitdagingen. De werkgroepen
van de Nationale Agenda Laadinfrastructuur (NAL)
pakken ze thematisch op. Hun precieze opdracht
staat inmiddels helder beschreven op de NAL-website.
Hoe geven ze daar op dit moment concreet invulling
aan?
 
 
> Lees meer
 
Leren van slimme laadpleinen
In 2030 moeten alle nieuw verkochte auto’s emissieloos zijn. Dit gaat gepaard met een behoefte aan veel extra oplaadpunten. Een van de manieren om de laadinfrastructuur snel en efficiënt op te schalen is door laadpleinen aan te leggen. Via één netaansluiting kun je tientallen laadpunten realiseren. Met de Proeftuin Slimme Laadpleinen richten 19 gemeenten de komende jaren 46 laadpleinen in. Niet alleen om de laadcapaciteit te vergroten, maar ook om ervaring op te doen met slimme laadconcepten.

Er zijn allerlei redenen om voor een laadplein te kiezen. De meest geschikte laadoplossing wordt mede bepaald door de openbare ruimte. Zo kan een individueel laadpunt meer geschikt zijn in een straat. Op grotere parkeerterreinen, mobiliteitshubs of marktpleinen kan clustering van laadpunten de openbare ruimte ten goede komen. “Daarnaast is de aanleg van een netaansluiting voor een laadplein hetzelfde als voor enkele laadpalen”, zegt Rutger de Croon, manager Marktontwikkeling bij kennis- en innovatiecentrum ElaadNL. Stichting ElaadNL doet namens de netbeheerders in Nederland samen met verschillende partners veel onderzoek naar smart charging, het slim en duurzaam opladen van elektrische auto’s  “Voordeel is dat je in één keer meerdere laadpunten hebt. Dat scheelt dus werk en maatschappelijke kosten. En je kunt er nieuwe concepten op toepassen om het laden te optimaliseren en duurzame energie te benutten.”

Handreiking voor regio’s
Met de Proeftuin Slimme Laadpleinen, onderdeel van de Nationale Agenda Laadinfrastructuur (NAL), komen er tientallen slimme laadpleinen bij. En niet alleen dat: een belangrijke pijler van de proeftuin is kennisdeling. De deelnemende gemeenten leren van elkaar door opgedane kennis openbaar te maken via diverse platforms, zodat alle gemeenten in Nederland ervan kunnen profiteren. In deze kennisontwikkeling speelt het Nationaal Kennisplatform Laadinfrastructuur (NKL) een sleutelrol, benadrukt directeur Roland Ferwerda. “We verzamelen de kennis en brengen het naar de regio’s om uit te zoeken wat daar nodig is om de laadinfrastructuur te realiseren met laadpleinen die aansluiten op hun laadbehoefte. Hiervoor hebben we onder meer de ‘Handreiking realisatie laadpleinen’ uitgebracht, compleet met afwegingen voor een laadplein, processtappen en keuzes voor technische varianten.” Deze handreiking wordt vervolgens weer aangepast naar aanleiding van alle inzichten die zijn opgedaan met de techniek en het gebruik van de laadpleinen.

Vehicle to Grid
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat wil met het subsidiëren van de slimme laadpleinen technieken voor slim laden verder ontwikkelen, opschalen, uitrollen en aantrekkelijk maken voor marktpartijen en elektrische rijders. En dan gaat het niet alleen om smart charging, waarbij een stuursignaal aangeeft wanneer en met welke snelheid een elektrische auto wordt opgeladen. “Een volgende stap is Vehicle to Grid”, zegt De Croon. “De batterijen van de auto worden dan gebruikt om stroom terug te leveren aan het net. Maar dat kan ook aan een gebouw of aan een andere auto zijn. Op het parkeerdek van de Johan Cruijff Arena doen we daar al ervaring mee op.”

Nederland als proeftuin
Vehicle to Grid biedt prachtige nieuwe kansen voor de energietransitie. “Als auto’s op die manier stroom gaan terugleveren, kun je lokaal de balans op het net regelen”, zegt De Croon. “Hoe dit per regio kan en welke laadstrategieën daarbij horen, willen we met de Proeftuin verder onderzoeken. We testen ook hoe mensen gebruik gaan maken van slim laden. Wanneer werkt het voor hen, waar liggen hun behoeftes? Het is een nieuwe ontwikkeling waarin Nederland als geheel een proeftuin is.”

Efficiënte laadtechnieken
In 2019 konden gemeenten een aanvraag doen om met laadpleinen mee te doen aan de Proeftuin. “We zochten naar een grote variatie aan laadpleinen: grote, kleine, met snellaadpunten of zonder”, zegt Ferwerda. “Uiteindelijk zoeken we naar de meest efficiënte manieren om een maximaal toegankelijke laadinfrastructuur uit te rollen waarbij het elektriciteitsnet niet wordt overbelast. Met een nieuwe techniek als Vehicle to Grid hebben we een extra variabele om het net stabiel te houden. Tot eind 2022 kunnen we dit in allerlei omstandigheden testen.”

Nieuwe laadpleinen
Dankzij de Proeftuin en de betrokken gemeenten, worden nu de eerste  slimme laadpleinen gerealiseerd. “Zoals in Culemborg, waar een slim laadplein met zonnepanelen ruimte biedt voor 40 auto’s”, zegt Ferwerda. “Heel anders dan bijvoorbeeld in Lelystad, waar op de Dag van de Duurzaamheid op 9 oktober een plein met 8 aansluitingen opent. In Utrecht wordt samen met onder meer Renault en het deelauto-initiatief We Drive Solar gewerkt aan het optimaal benutten van duurzame energie voor deelauto’s. Allemaal varianten om de komende jaren veel van te leren. Zo jagen we samen de transitie naar elektrisch vervoer aan.”

Meer weten over de proeftuin?
Ga naar de website van het Nationaal Kennisplatform Laadinfrastructuur (NKL).

 
Onderzoeksrapport: bereid je voor op de elektrisch rijdende huurder
In 2030 rijdt naar schatting 15% van de huurders elektrisch. Woningcorporaties kunnen daar beter vandaag dan morgen beleid op maken. Dat is de conclusie van een onderzoek van 23 woningcorporaties en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). In het publiek beschikbare rapport staan de aandachtspunten en aanbevelingen op een rij.

Adviseur Maarten Corpeleijn van Huur & Energie Consult gaf het startschot voor het onderzoek. “In januari nodigde ik woningcorporaties uit om te praten over laadpunten voor huurders. We stelden vast dat corporaties daar onvoldoende beleid voor hebben en dat ze dit graag gezamenlijk wilden ontwikkelen. Er komt namelijk het een en ander op hen af. De komende jaren ontstaat een vraag naar laadinfrastructuur in nagenoeg alle parkeergelegenheden van corporaties. In 2030 rijdt naar verwachting ongeveer 1 op de 6 huurders elektrisch. Bovendien moeten corporaties volgens nieuwe regels voor nieuwbouw en renovatie voorbereidingen treffen voor laadpunten. Hoe doe je dat op een verstandige manier, rekening houdend met toekomstig gebruik?”

Mogelijkheden, voor- en nadelen
In opdracht van 23 grotere corporaties en RVO deed Corpeleijn onderzoek naar de vraag naar laadinfrastructuur bij parkeergelegenheden van corporaties. Hoe kan die binnen juridische, technische en financiële kaders worden beantwoord? Voor het opstellen van de businesscase en de marktconsultatie werd Corpeleijn onder meer geholpen door Bram Leusink van adviesbureau EVConsult. “We hebben samen gekeken naar de toekomstige vraag, mogelijke technische oplossingen en diverse marktpartijen bevraagd. Dit resulteert in een uitgebreide analyse en  een aantal menukaartjes waarin we per situatie de mogelijkheden, voor- en nadelen schetsen.”

Verschillende parkeersituaties
Een belangrijke conclusie is dat de rol van de corporatie afhangt van de parkeersituatie. “Het overgrote deel van de huurders parkeert de auto op de openbare weg”, zegt Corpeleijn. “Daar zijn laadpunten de verantwoordelijkheid van gemeenten. Bij eengezinswoningen met een eigen oprit kan zowel de huurder als de corporatie investeren in een laadpunt. Bij appartementengebouwen met parkeerplaatsen is de corporatie het aanspreekpunt. In het rapport laten we zien dat daar ook verdienmodellen voor zijn, voor huurder én verhuurder. Ook in gebouwen die je deelt in een vereniging van eigenaren is het goed om als corporatie het voortouw te nemen. Draai een aantal pilots om uiteindelijk tot een eigen aanpak voor laadpunten te komen.”

Beleid met oog voor de toekomst
“Een eigen aanpak is heel belangrijk”, benadrukt Leusink. “Het is niet verstandig om af te wachten en ad hoc te reageren op elke individuele aanvraag voor een laadpunt. Want dan zien wij dat er, gedreven door tijdnood, vaak niet de beste keuzes worden gemaakt. Voor je het weet ga je met verschillende leveranciers van laadpunten in zee en heb je een wildgroei aan technische oplossingen die al met al niet voordelig uitpakken. Dit kan een behoorlijke invloed hebben op de kosten en het laadgemak van de elektrische rijders. Investeer met oog op de toekomst en doe het in één keer goed.”

Garages aanpakken
Leusink drukt corporaties op het hart snel een eigen aanpak te ontwikkelen. “Het gaat hard met het elektrisch vervoer in Nederland en als corporatie kun je lang niet altijd huurders doorverwijzen naar de gemeente. Het aan huis goedkoop en veilig kunnen laden van een elektrische auto wordt een verlengstuk van het wonen, huurders kloppen daarvoor aan bij de corporatie.” Corpeleijn voegt daaraan toe dat ook brandveiligheid geen reden is om elektrisch rijden buiten de deur te houden, maar wel aandacht behoeft. “De brandveiligheid van oudere parkeergarages staat onder druk omdat auto’s groter zijn geworden en meer kunststoffen bevatten. De normen voor nieuwbouw zijn de afgelopen decennia strenger geworden, maar de bestaande bouw is hier niet op aangepast. Daar moet je als vastgoedeigenaar iets mee. Die vraag staat los van de vraag naar laadpunten. De maatregelen om veilig elektrisch te kunnen laden zijn overzichtelijk en makkelijk toe te passen in bestaande bouw.”

Lees het rapport en praat mee
Het onderzoeksrapport vindt u op www.huurenergie.nl/huren-laden. Meld u hier ook aan voor de webinars in oktober om verder te praten over de resultaten van het onderzoek.

 
Aantal (semi)publieke laadpunten passeert 60.000
Het aantal (semi)publieke laadpunten heeft eind augustus de 61.000 bereikt. Dat zijn er 10.000 meer dan eind 2019. Onder al deze laadpunten zijn er 1.463 snellaadpunten, verdeeld over 356 locaties. Dit blijkt uit de maandelijkse monitoring van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De tussenstand per provincie en gemeente is te vinden op de website van de NAL.

Niet alleen het aantal laadpunten, ook het aantal voertuigen met een stekker neemt snel toe. In augustus reden er 131.000 volledig elektrische auto’s. Daarnaast zijn er ongeveer 100.000 auto’s met een plug-in hybride-aandrijflijn. In totaal telt Nederland ruim 210.000 laadpunten. Het merendeel zijn private laadpunten, naar schatting 150.000, die gebruikers op hun eigen terrein hebben geplaatst. Dit betekent dat er bijna voor elke ‘stekkerauto’ een laadpunt beschikbaar is.

Regionale aantallen
Regionaal bestaan er grote verschillen in laadpuntdichtheid. Zo hebben de vier grote steden bij elkaar bijna 14.500 (semi)publieke laadpunten, de Metropool Regio Amsterdam Elektrisch (MRA-E) ruim 14.000 en  regio Zuidwest ruim 11.000. NAL-regio’s Zuid en Oost volgen met respectievelijk ruim 9.500 en ongeveer 9.000. De relatief dun bevolkte regio Noord telt ruim 3.000 (semi)publieke laadpunten.

Concessies voor tienduizenden laadpunten
Uiteraard blijft het hier niet bij. Om het groeiend elektrisch vervoer te blijven faciliteren hebben de regio’s nieuwe laadpunten in de pijplijn zitten. De Metropool Regio Amsterdam Elektrisch kondigde begin dit jaar de grootste concessieovereenkomst in Europa aan voor openbare laadpunten. De komende jaren komen daar 20.000 nieuwe publieke laadpunten bij. Een ander voorbeeld is de recent gegunde concessie van de provincies Noord-Brabant en Limburg voor de plaatsing van 8.000 openbare laadpunten.

Meer cijfers?
Bekijk de actuele monitoring op de website van de NAL.

 
Werkgroepen vertalen landelijke thema’s in concrete acties
De realisatie van het benodigde aantal laadpunten kent uiteenlopende uitdagingen. De werkgroepen van de Nationale Agenda Laadinfrastructuur (NAL) pakken ze thematisch op. Hun precieze opdracht staat inmiddels helder beschreven op de NAL-website. Hoe geven ze daar op dit moment concreet invulling aan?

Versnellen proces: accent ook op private laadpunten
“Met de werkgroep willen we de basisvoorwaarden voor laadinfrastructuur uit het Klimaatakkoord vertalen in concrete acties zoals een visie snelladen en het opstellen van regionale laadvisies”, zegt voorzitter van de werkgroep Maarten Linnenkamp van MRA-Elektrisch. “Het uitvoeren van die acties gebeurt regionaal. Daarbij moeten overheid en markt meer samen optrekken. Tot nu toe lag het accent op het realiseren van publieke laadpunten. Maar de overheid zal ook sturing moeten geven aan semipublieke en private laadpunten. Want de helft van de benodigde laadpunten zal op privaat terrein moeten worden gerealiseerd. Met de snelle groei van elektrisch rijden is het cruciaal dat de plaatsingssnelheid van publieke laadinfrastructuur omhooggaat. Omdat in de werkgroep de kennis en ervaring van de betrokkenen wordt gebundeld kunnen we de meest effectieve maatregelen uit de regio verspreiden en de nieuwe ideeën snel toetsen en toepassen. Daarnaast bespreken we in de werkgroep de eerste contouren van de basisset 2.0. Dit is een actualisatie en verdieping van de basisset uit 2018. Deze is destijds door NKL ontwikkeld om het voor overheden eenvoudiger te maken aanbestedingsdocumenten op te stellen en uniformiteit te creëren in de aanbestedingen wat leidt tot lagere kosten voor marktpartijen. De actualisatie moet voorbeeldbepalingen voor actuele onderwerpen als cybersecurity en datamonitoring gaan aanvullen. Daarnaast wordt ingezet op het verhogen van de praktische toepasbaarheid basisset voor aanbestedingen.”

Open protocollen en open markten: op weg naar prijstransparantie
“Bij open protocollen en open markten draait het om informatie-uitwisseling in dezelfde taal tussen partijen,” zegt Roland Ferwerda, voorzitter van de NAL werkgroep namens NKL. “Dit zorgt voor een zogenoemde 'interoperabele markt', waarbij elke elektrische rijder inzichtelijk kan laden en betalen. De werkgroep heeft tot doel om een overzicht te bieden van alle protocollen die nodig zijn voor de EV-sector. Daarnaast bouwen we aan een visie voor de toekomst. Het bieden van transparante prijsinformatie is een goed voorbeeld van het belang van deze informatie-uitwisseling. Voor elektrische rijders moet van tevoren duidelijk zijn wat ze precies voor het opladen bij een laadpunt gaan betalen. Dat is een belangrijke voorwaarde voor een succesvolle uitrol van laadinfrastructuur en daar bestaan nog steeds klachten over.” Afgelopen zomer heeft NKL daar samen met marktpartijen en de Vereniging Elektrische Rijders onderzoek naar laten doen. Conclusie is dat prijstransparantie technisch goed mogelijk is, maar nog onvoldoende wordt nageleefd. “Om de feiten te verzamelen openen we een klachtenloket en starten we met een benchmark. Verder sturen we aan op een betere borging van de eisen rondom prijstransparantie. De vereniging voor laadpuntexploitanten en laaddienstverleners, eViolin, en concessieverleners hebben hierin een belangrijke rol.”

Smart charging: technische en organisatorische uitdagingen
“Slim laden is een technische maar ook een organisatorische uitdaging”, zegt voorzitter Frank Geerts. “Momenteel zijn we bezig om bij bijna 30 partijen te inventariseren wat de stand van de techniek is. En we willen van concessieverlenende overheden weten wat zij in de praktijk in tenders uitvragen. Zo kunnen we aangeven welke technieken we als standaard kunnen adviseren voor aanbestedingen en wat optioneel is. Enerzijds om te voorkomen dat de markt wordt overvraagd, anderzijds om ervoor te zorgen dat laadpunten geschikt zijn voor slim laden. De vraag is ook is hoe we het slimme laden organiseren. Er zijn veel partijen betrokken met verschillende verdienmodellen. Maar hoe zit het met de belangen van de consument en waar overschrijden we de fysieke grenzen van het elektriciteitsnet? Ook hiervan proberen we een beeld te krijgen door interviews te houden met partijen. Zij waarderen zeer dat we op die manier dit nieuwe ecosysteem op een zo goed mogelijke manier willen invullen. Nu zijn ze nog flexibel genoeg om hierop met hun verdienmodellen te anticiperen.”

Raadpleeg voor meer uitleg over slim laden de Smart Charging Guide.

Logistiek: roadmap als discussiestuk
“Binnen onze werkgroep is er inmiddels structureel overleg tussen verschillende sectoren: van logistiek en automotive, tot energie, overheid en ngo’s”, zegt voorzitter Jeroen Kroonen van het NKL . “Een belangrijk onderwerp nu is de gezamenlijke roadmap. Hiermee haken we aan op de groeiende laadbehoefte van de logistieke sector. Het is nu nog een discussiestuk, later dit jaar maken we de roadmap definitief. Dan koppelen we er ook een concreet actieprogramma aan waarin staat wie wat wanneer doet. Alle betrokken partijen weten dat ze vanuit het Klimaatakkoord aan de slag moeten. De roadmap zorgt voor samenhang, met als eerste mijlpaal om in 2025 de laadinfrastructuur voor de zero-emissiezones gereed te hebben. We zitten nu in de opstartfase waarin koplopers de eerste projecten zijn begonnen. Dan is het een kwestie van het basisnetwerk op orde brengen, opschalen en toewerken naar een jongvolwassen markt voor alle wegtransport, ook met voldoende snelladers voor vrachtwagens in 2030.”
Op 10 september werd tijdens het congres van de Topsector Logistiek de eerste versie van de roadmap  gepresenteerd.

Fysieke veiligheid en cyber security: elektrische auto’s net zo veilig
Elektrisch vervoer ontwikkelt zich zo snel dat wet- en regelgeving hier nog niet altijd afdoende antwoord op geeft”, zegt voorzitter Suzan Reitsma van RVO. “Dat leidt tot allerlei vragen, zoals na de recente parkeergaragebrand in Alkmaar. Met een nieuwe Q&A-lijst, met veel gestelde vragen en antwoorden, willen we markt en consumenten informeren over veiligheid. Zo zijn elektrische auto’s even brandveilig als andere auto’s. Ze hebben alleen andere brandeigenschappen, waardoor de incidentbestrijding op een andere manier plaatsvindt. We hebben CE Delft opdracht gegeven de laatste feiten over veiligheid rond laden en rijden te onderzoeken en op een rij te zetten. Zijn er zaken die we niet weten, dan bekijken we of we  vervolgonderzoek willen laten doen. En als er aanleiding toe is doen we aanbevelingen voor regelgeving. Eind oktober is het onderzoek naar verwachting afgerond.”


 
Colofon
Contactmogelijkheden
Via e-mail
Via de website
Aanmelden
Afmelden
Privacybeleid

Dit bericht kan informatie bevatten die niet voor u is bestemd. Indien u niet de geadresseerde bent of dit bericht abusievelijk aan u is toegezonden, wordt u verzocht dat aan de afzender te melden en het bericht te verwijderen. De Staat aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die verband houdt met risico's verbonden aan het elektronisch verzenden van berichten
 
...